Oorzaken
Oorzaken
Hoe Autisme Spectrum Stoornissen (ASS) precies ontstaat, is niet bekend, al weten we dat het om een organische bepaaldheid gaat. In de afgelopen jaren is veel onderzoek gedaan naar de oorzaak van ASS. Hierbij is duidelijk geworden dat erfelijkheid een belangrijke rol speelt. Hoe groot de invloed van genetische factoren is, is echter niet goed duidelijk. (Delfos & Visscher, 2001). Lange tijd werd een verkeerde opvoeding als belangrijkste oorzaak gezien. Deze visie is inmiddels achterhaald en is er duidelijk geworden dat andere factoren, bijvoorbeeld erfelijkheid, een belangrijke rol spelen bij het ontstaan van ASS. (Veen-Mulders et al., 2001).
Verschillende factoren kunnen invloed hebben op de ontwikkeling van ASS:
- Kindfactoren
- Omgevingsfactoren:
- Sociale factoren
- Risicofactoren rond zwangerschap en geboorte
Wist je dat...
-tijdens het 1e levensjaar van kinderen met ASS hun hersenen extreem snel groeien?
-de hoofdomtrek bij ongeveer 1 op de 4 kinderen met ASS is vergroot?
-de opvoeding als oorzaak van ASS, een fabel is?
-er niet 1 oorzaak voor ASS is, maar meerdere.
Er is gebleken dat wanneer er in een gezin een kind met ASS is, de kans dat een ander kind (broer of zus) ook ASS heeft veel groter is (namelijk 3 tot 5 procent), dan in gezinnen zonder een kind met ASS (kans van 0,6 procent). (Vermeulen & Degrieck, 2006). Kinderen met ASS hebben in verhouding vaker een vergrote hoofdomtrek. Bij de geboorte is er geen verschil tussen de hoofdomtrek van kinderen met ASS en die van andere kinderen. Het verschil doet zich pas later voor, na het eerste levensjaar. Als ze een hoofdomtrek hebben die groter is dan die van 97% van hun leeftijdgenoten, blijken kinderen een hoger risico te hebben op het ontwikkelen van ASS. (Frith, 2009).
ASS lijkt ook vaak samen te gaan met specifieke erfelijke aandoeningen, zoals het Fragiele X Syndroom (erfelijke aandoening die vaak gepaard gaat met een verstandelijke beperking) en tubereuze sclerose (aangeboren aandoening die wordt gekenmerkt door goedaardige gezwelletjes). Epilepsie komt naar verhouding ook vaker voor bij ASS. (Vermeulen & Degrieck, 2006).
Kindfactoren
Sociale factoren
Niet alle sociale factoren vormen een risicofactor voor de ontwikkeling van ASS. ASS komt in alle lagen van de bevolking en in alle culturen voor. Een aangepaste opvoeding en passende scholing kunnen de kansen van een kind met ASS vergroten en gedragsproblemen kunnen afnemen. Een aangepaste opvoeding zal de nadruk leggen op rust, structuur en het voorbereiden op nieuwe situaties. Bij gepaste scholing valt te denken aan individuele instructie en extra aandacht bij verschillende overgangen. Omgevingsfactoren kunnen dus de uitingsvorm en de ernst van de symptomen van ASS beïnvloeden. (Vermeulen & Degrieck, 2006).
Risicofactoren rond zwangerschap en geboorte
Blootstelling aan drugs van het kind in de baarmoeder, bloedingen in het tweede trimester van de zwangerschap en virale infecties bij de moeder (zoals rodehond), verhogen het risico op de ontwikkeling van ASS. Ook complicaties rond de geboorte, zoals zuurstofgebrek tijdens de geboorte en een afwijkende foetale ligging kunnen geassocieerd worden met ASS. (Vermeulen & Degrieck, 2006).
Met de omgevingsfactoren wordt niet de opvoeding bedoeld, maar bepaalde risicofactoren in de biologische omgeving tijdens de zwangerschap, de geboorte of de heel prille ontwikkeling die de ontwikkeling van de hersenen negatief kunnen beïnvloeden. (Vermeulen & Degrieck, 2006).